Lees de volgende stelling: ‘De sectorale ontwikkeling van de wetgeving in het omgevingsrecht betekent dat de vergunningplicht op grond van de Wet natuurbescherming nooit van invloed kan zijn op het vaststellen van een bestemmingsplan op grond van de Wet ruimtelijke ordening’.
Is deze stelling juist of onjuist? Leg uit (3 punten)
Onjuist. Onder meer op grond van art. 3.1.6. lid 1 sub f Bro is vereist dat inzicht wordt geboden in de uitvoerbaarheid van het vast te stellen bestemmingsplan. Is voor een bepaald geprojecteerd project een natuurbeschermingsvergunning vereist en is op voorhand duidelijk dat deze niet verleend zal worden, dan is duidelijk dat het plan niet uitvoerbaar is en kan het niet worden vastgesteld.